In het donker naar je werk of huis rijden
De kans is groot dat je zowel ’s morgens als ’s avonds in de schemering of in het donker naar je werk of naar huis moet rijden. Aan het einde van een drukke werkdag is rijden in het donker nog intensiever en dit kan gevaarlijke situaties opleveren. De meeste ongelukken ontstaan door een kort moment van onoplettendheid of onverwachte omstandigheden.
Tip 1. Referentiepunten
Rijden in de duisternis. Er rijdt vrijwel altijd een andere auto in de verte voor je. Een goed referentiepunt om te kunnen zien hoe de weg verder loopt. Let verder echter niet op de lampen van je tegenligger. Focus je op je eigen weghelft. Gebruik de markeringen en reflectoren op de weg om op je baan te blijven. Ook verkeersborden zijn goede referentiepunten.
Tip 2. Nachtbril
Het komt regelmatig voor dat mensen het in het donker rijden met de auto niet prettig vinden. Dit komt omdat er dan weinig licht is en de verlichting van tegemoetkomend verkeer erg scherp is. Hierdoor wordt men verblindt. Stapt je in het donker in je auto, laat dan in ieder geval je ogen eerst even wennen aan het donker voordat je wegrijdt. Daarnaast zorgen gele glazen in een nachtbril voor een beter contrast. Hierdoor lijkt het licht van tegenliggend verkeer minder fel en het geeft minder schittering. Daarnaast zorgen de glazen ervoor dat de belijning op de weg duidelijker wordt.
Tip 3. Schone ruiten
Op zich logisch maar juist in de zomer zit je voorruit vol met insecten. Zorg voor schone ruiten en dus goed zicht!
Tip 4. Mobiel uit of op stil!
Houd je aandacht op de weg, zet daarom ook als je in het donker rijdt je telefoon op stil.
Tip 5. Zet de verwarming niet te hoog
Door de verwarming niet te hoog te zetten, voorkom je dat je snel moe wordt.
Tip 6. Tegenliggers met groot licht
Gebruikt een tegenligger zijn groot licht? Kijk dan naar de rechter wegmarkering. Gebruik deze kort als gids voor jouw rijstrook. Probeer in de tussentijd de tegenligger te waarschuwen met lichtsignalen